De heffing van de precariobelasting is ingevoerd per 1 juli 2014. De opbrengst van deze belasting wordt ingezet als algemeen dekkingsmiddel. Deze belasting wordt in Lingewaard alleen geheven voor het hebben van kabels en leidingen in, op of boven openbare gemeentegrond. Voor 2018 wordt een opbrengst geraamd van ruim € 4 miljoen. Vanwege lopende bezwaarprocedures is er voor een bedrag van € 2,6 miljoen onzekerheid of deze opbrengst daadwerkelijk wordt gerealiseerd. Deze opbrengsten worden daarom ook apart gezet middels een storting in een bestemmingsreserve en dus niet gebruikt in de lopende exploitatie.
In de Begroting 2017 hebben wij u geïnformeerd over het voornemen van de minister van BZK om de precariobelasting voor nutsnetwerken af te schaffen. Daarbij werd in eerste instantie gekozen voor een overgangstermijn van 10 jaar zodat daarin de effecten van inkomstenderving vanwege het afschaffen van deze vorm van precariobelasting kon worden opgevangen. Het voorstel is inmiddels in de Tweede en Eerste Kamer behandeld. De overgangstermijn is daarbij aangepast van 10 naar 5 jaar. Vanaf 2022 kan dan geen precariobelasting voor nutsnetwerken meer worden opgelegd.
Wij hebben in de Kadernota 2018 voorgesteld om de in de Begroting 2017 opgenomen reservering vanwege de afschaffing van precariobelasting te handhaven. In 2022 moet nog € 698.000 worden opgevangen. In 2021 wordt hiervan 50% (€ 349.000) al gereserveerd, de overige 50% moet dan nog in 2022 worden gereserveerd.